17 augustus 2008

Crea Bea

Vanavond heb ik, zoals vanouds, (in Nederland had ik dit altijd wanneer het weekend was afgelopen) last van “ The Sunday Blues”. Niet dat het weekend nou zooo bijzonder was, maar gewoon omdat ik geen zin heb in alles wat ik nog moet doen.

Eveline is heel erg verkouden. Je zou denken dat dit ons wordt bespaard omdat Eveline niet meer naar de crèche gaat. Maar helaas komen Eveline en Simone ook hier in Canada iedere dag in contact met gezellige snotneus vriendjes en vriendinnetjes. Het was te voorspellen dat wij ook weer eens aan de beurt zouden zijn. En ik weet het… verkouden zijn verbetert op termijn de weerstand, dus het is eigenlijk best goed blablabla…Maar als je gisteren niet hebt kunnen slapen, opziet tegen weer zo’n gezellig nachtje waarbij je er minimaal 5 keer uit moet om een snottend kind te troosten en in slaap moet krijgen en je er morgen weer gezellig alleen voor staat overdag… dan is het allemaal niet meer zo logisch. Daarnaast moet ik ook nog leren voor het theorie examen voor m’n Canadese rijbewijs (tig duizend stomme verkeersborden uit je hoofd leren en weten wat je bandenspanning moet zijn, wanneer je welke autolampen aanzet, hoe een gevarendriehoek werkt en nog meer enorm interessante informatie) en ik moet alle koffers weer inpakken voor de verhuizing naar ons volgende huis.

Ik weet dat het eigenlijk allemaal best meevalt. En dat jullie levens nog veel hectischer zijn omdat jullie er ook nog eens bij werken. Maar aan het einde van een lange dag hecht ik zo veel waarde aan even 2 uur voor mezelf; gewoon wat e-mailtjes lezen en sturen of een boek lezen. Geen gezeur van dingen waar ik geen zin in heb. Daarom ben ik al dagen bezig met alle “doe-dingen” uit te stellen. Met het gevolg dat ik al dagen een opgejaagd en vervelend gevoel heb. Of te wel… ik moet niet meer uitstellen, maar alles gewoon DOEN. Voel ik me in een keer een stuk beter. En… ik moet alles eens wat meer van de positieve kant bekijken.Want zowel Eveline als Simone gaan tegenwoordig lief slapen rond 20:00 (even afkloppen).

Maar goed, waar waren we. Genoeg achtergrond geklets. Op naar de avonturen van de afgelopen week:

Zaterdag heb ik, eveneens zoals vanouds, weer een aantal uren schoongemaakt en opgeruimd. Trudie en Lambert kwamen een paar dagen bij ons logeren en natuurlijk moest het appartement er daarom spik en span uitzien. Ik was even vergeten hoe het ook al weer was om huis te houden. De afgelopen weken ben ik daar namelijk helemaal niet mee bezig geweest. Reden: vaatwasser, droger en geen vrienden die onverwachts op bezoek kunnen komen.

Het was leuk om onze eerste familie uit Nederland te verwelkomen. Ronald en ik keken er al dagen naar uit. We hadden dan ook een heel schema verzonnen. Zondagochtend zijn we eerst naar het park geweest en ‘s middags zijn we naar de haven gelopen. Daar was het “Buskers Festival” (= soort van theaterfestival met allemaal open lucht optredens). Toen hebben we met de Harbour Hopper een tour gemaakt door de stad en tot slot een drankje gedaan op het dakterras van “You’re father’s moustache”.

Alles liep geheel volgens plan. Behalve dan dat ik tot de ontdekking kwam dat ik het flesje voor Simone vergeten was, vlak voordat we de tour zouden doen voor de “Hopper”. Even een stress moment: enorme drukte om je heen, geen winkels die open zijn (vanwege festival) en nog minimaal 1,5 uur te gaan zonder drinken voor je kind. Zat de hele tour lang te wachten totdat Simone het op een krijsen zou zetten van de honger. Natuurlijk bleek er achteraf niks aan de hand te zijn. Simone vond het allemaal prima, de schat. Maar ik was bekaf.

Die maandag ging Ronald weer werken en ben ik met Trudie,Lambert en de kinderen gaan winkelen in the Halifax Shopping Center. Daar hebben we schoenen gekocht voor Eveline. Helaas bleken er geen degelijke kinderschoenenwinkels te zijn en zijn we geëindigd met een paar enorme sportschoenen met glitterplaatjes van Dora op de zijkant. Tenenkrommende schoenen naar mijn mening, maar ik kon Eveline niet meer tegenhouden toen ze Dora in haar vizier kreeg. Helaas bleken de schoenen ook nog eens houvast te bieden aan haar voeten. En oma vond ze ook leuk… Tja… Die avond hadden we oppas geregeld en zijn we met z’n vieren uit eten geweest. Was erg gezellig.

De volgende ochtend zijn Trudie en Lambert begonnen aan hun reis door Canada. Moet wel toegeven dat ik het wel even moeilijk vond om m’n “oude” nieuwe leventje weer op te pakken die dag. Gewoon weer naar de bibliotheek… Hoewel de mensen hier erg attent zijn, mis ik soms het vanzelfsprekende van familie en vrienden in Nederland. Dat je niet steeds zo je best hoeft de doen om leuk over te komen of om goed te luisteren en geïnteresseerd te zijn. Wat dat betreft is bezoek uit Nederland heel erg leuk maar ook erg intensief. Het kost je na afloop best wat moeite om emotioneel een switch te maken naar het “weer alleen zijn”. Zie er wat dat betreft nu al bijna tegen op dat m’n moeder in Oktober een weekje komt. Want ze gaat daarna natuurlijk ook weer weg.

Vandaag hadden we het verjaardagsfeestje van Louisa (= kindje van David en Tracy). Die werd 1 jaar. Tracy had (zoals veel moeders hier) groots uitgepakt voor Louisa’s eerste verjaardag. Er was een poppenkast en een pudding verf wedstrijd. En er werden prijzen uitgedeeld voor de mooiste zelfgemaakte “puppet” (= poppenkastpop). Iedere genodigde werd dan ook gevraagd om een puppet te maken voor het feestje. Hoe creatiever hoe beter…

Ronald en ik schoten natuurlijk alle twee in de stress gisteren want wij zijn absoluuuuuut geen “artsy fartsy” knutselaars. Moedeloos stonden we dan ook in Wall Mart te zoeken naar knutsel tuttefrutjes voor een leuke pop. Uiteindelijk heb ik een kikker gemaakt van groen rubber en die op een houten verf-meng-stok geplakt. That was the best I could do…

Op het feestje waren natuurlijk nog veel meer mensen. Ook een of ander fotomodel moeder met zongebruinde benen van twee meter lang. Ze was erg aardig hoor, maar naast haar voelde ik me klein en dik. En tot overmaat van ramp mochten de gasten de poppenkastverhalen zelf improviseren. Steeds werden er twee ouders uitgekozen om lekker kunstzinnig een toneelstukje te doen. “Creatief” en “improviseren” zijn woorden die helaas niet in mijn woordenboek staan vermeld. Het zweet gutste dan ook van m’n rug toen het mijn beurt was om leuk te doen. Ik besloot de tandartsassistente te spelen, pakte de pop met de grootste voorgevel en noemde haar Pamela in het toneelstukje. Bleek achteraf dat een van de vrouwen uit het verjaardagsgroepje borstkanker heeft. Zoals ik al zei…spontane poppenkast is niet bepaald mijn ding. Heb er al genoeg moeite mee om er niet van alles uit te floepen in een gewoon “onder onsje”.

Ondanks het voorgaande was het feestje best leuk. Eveline vond het fantastisch om zichzelf helemaal met pudding in te smeren. En Simone lachte omdat Eveline het zo leuk vond.

Ok, dat was mijn verhaal. Nu ga ik nog lekker even een roddelblad lezen (oh nee, ik bedoel, studeren voor mijn theorie examen) en daarna hopelijk genieten van wat slaap.

08 augustus 2008

What a big small world it is.

Vrijdagavond; kinderen in bed. Rust… De hoogste tijd voor een update.

Vorige week zijn we vier dagen weggeweest naar Prince Edward Island (P.E.I.). P.E.I. is een een eiland (nee echt?) ten noord-westen van Nova Scotia en is de kleinste provincie van Canada. I.t.t. tot Nova Scotia is P.E.I. erg vlak met veel groen. Lijkt wat dat betreft wel veel op Nederland. Ook het weer deed me helaas aan Nederland denken. We gingen met stralend weer op weg en hebben helaas de daarop volgende dagen op P.E.I. alleen maar regen gehad. Toch was het weekend zeker de moeite waard.

De donderdag voor ons vertrek ben ik nog fanatiek naar The Halifax Shopping Center gegaan om op zoek te gaan naar een parasol. (want het doel van het weekend was; veel zon en verder niks doen). Nergens, maar dan ook nergens verkochten ze die dingen meer. Want ja, “The summer season is over mam” (eind Juli ..). Na een hoop gezeul van kastje naar muur (“No, I don’t mean an umbrella for the rain I mean a beach umbrella” ) ontdekte ik in een verlaten mand in het uiterste hoekje van het hoekje nog een parasol. Het ding was zo vergeten dat de streepjescode niet eens meer in het systeem stond. Maar, na een kwartiertje wachten bij de kassa, kon ik mijn trofee mee naar huis nemen. Gelukkig maar, want we hebben onze parasol echt intensief gebruikt…Net als de meegezeulde strandmatjes, strandhanddoeken en nieuwe strandkleding voor de kinderen (voor de foto’s natuurlijk)…

Donderdagavond begon natuurlijk met een hoop gestress. Ik kwam om 19:00 afgepeigerd thuis met de kinderen; eten moest nog worden gemaakt, kinderen moesten nog in bad en naar bed, was moest nog worden gedraaid en de koffers nog gepakt. Op dit soort momenten kunnen Ronald en ik niet meer van elkaar verschillen. Ik loop door het huis te razen terwijl Ronald belt en zegt; “Zullen we even de kroeg in gaan om onze vakantie te vieren?”. Ik denk dan: Ben je helemaal besjuffeld (weet niet eens of het woord bestaat, heb het van m’n moeder overgenomen en die zegt dat altijd tegen m’n vader. Sorry voor de vuile was mama ; )) Vaak zegt Ronald dan: “Lieverd… RUSTIG, RUSTIG, RUSTIG. Het is vakantie … Kom eens even hier voor een knuffel.” En met die woorden krijg je mij helemaaaaal op de kast. Door schade en schande geleerd, weten we inmiddels wel dat we elkaar op dit soort momenten maar even met rust moeten laten. Wonder boven wonder waren alle klussen binnen twee uur geklaard (mede dankzij twee,voor ons, nieuwe uitvindingen; de afwasmachine en de droger. In Nijmegen zou dezelfde arbeid ons twee keer zo veel tijd hebben gekost).

Vrijdagochtend, stipt 9:00, stond onze Volvo voor de deur bij Rene (=collega van Ronald) en Shannon (=Rene’s vrouw). Ook hun auto (tevens een Volvo voor de liefhebbers van onbenullige extra informatie) was zwaar beladen met een autostoel (voor Gwendolyn (hun dochtertje van 10 maanden)). Alleen zij hadden ook nog een mega koelbox meegenomen en twee kajaks (kajakken ?) (vanwege het mooie weer natuurlijk). O ja, en niet te vergeten een hond … Joepie, my favorite… Helaas zijn we tot de ontdekking gekomen dat ik niet de enige ben die enigszins paranoïde is voor alles dat vier poten heeft. Ook Eveline moest zichzelf moed inpraten toen ze onze medevakantieganger in het vizier kreeg. “Nee hoor, ik ben niet bang voor de hond, ik ben niet bang voor de hond …. PAPAAAAAAA!” En op dat soort momenten moet je natuurlijk wel het goede voorbeeld geven hè… Dus ik al m’n moed verzameld en de hond geaaid. “Kijk Eveline, de hond doet niks. De hond is heel lief.” Blijkbaar had mijn acteerwerk resultaat. Aan het einde van het weekend trok Eveline het arme beest nog net niet aan z’n staart door het huisje. “Laika, kom hier, kom hier.”

Met stralend weer kwamen we, na 4 uur rijden, aan bij ons huisje. Het huisje had een gezellige buiten kamer (omringd door insectengaas, zodat je tot ‘s avonds laat nog buiten kon zitten), een woonkamer, een krap keukentje, twee slaapkamertjes en een heeel krap badkamertje (douche was een soort caravan douche, met een piepklein straaltje).

Beide slaapkamers (lees: 2,5 x 3 meter) hadden geen deur en stonden in directe verbinding met de badkamer en de keuken. Het werd mij al snel duidelijk dat het niet alleen qua douchen maar ook qua slapen flink survivallen zou worden. Gelukkig bleken mijn angsten ongegrond. Wonder boven wonder gingen de kinderen alle twee lief slapen in dezelfde kamer. (de eigenaar had nog twee reisbedjes die wij konden gebruiken). Ook toen wij gingen slapen, sliepen ze rustig verder. Een groot succes dus.

Ook met Rene en Shannon ging het goed (Eveline noemde haar in het begin “Sjennent”. Na vergeefse pogingen om haar te corrigeren, hebben we Eveline maar geleerd om te zeggen: “Sjennent zonder T”). Het is natuurlijk altijd even afwachten of het klikt. Ik hoorde van Ronald dat Rene en Shannon erg gesteld waren op de natuur en dat Shannon een bijzonder dieet moest volgen vanwege haar “gluten” allergie. Tja, ik denk dan gelijk dat het waarschijnlijk niet zal klikken met een stadse tut als ik, die graag doucht en brood, melk en vooral veel koekjes erg lekker vindt. Shannon bleek gelukkig een uitstekende kok, die ons allerlei lekkere en gezonde gerechten voorschotelde.’s Avonds hebben we nog lang gepraat samen.

Ondanks de regen zijn we toch op pad gegaan. Zo hebben we een hele bijzondere bustour gedaan door Charlottetown (de hoofdstad van P.E.I. maar denk daarbij a.u.b. niet aan een wereldstad). En met bijzonder bedoel ik, de allersaaiste bustour ooit. Het was zo saai dat Ronald en ik er alleen maar om hebben moeten lachen. De mevrouw van de bus vertelde over de winkels (hoe laat dat ze open en gesloten waren), de universiteit (wat voor eten dat er geserveerd werd voor de studenten) en de kerken (soort geloof, wanneer gebouwd; incl. exacte data). Een jongetje in de bus bleef enthousiast en zei: “I hope we’ll see a moose on this side.” Ik hoorde z’n moeder denken: “Nee, helaas schat, het leven is hard. Maar als je lief bent, zien we misschien een benzinepompstation.”

Op de terugweg naar Halifax zijn we nog gestopt bij Green Gables. Deze stad is bekend vanwege de schrijfster: Lucy Montgomery. Zij schreef de boeken van “Anne of Green Gables.” (voor de niet kenners zie “Little house on the prairie.”) Ik vond het leuk om de boerderij te zien waar haar verhalen op waren gebaseerd. Ronald was helaas minder euforisch gestemd. Het enige wat hij in de stromende regen zag, was een of andere modderige boerderij van een of andere griet die een paar boeken heeft geschreven over een meisje met rode vlechten. Zo typisch mannen ; )

Toen we ‘s avonds thuiskwamen, hebben we eten gehaald bij de Mc. Donald’s. Ja, ja, na twee en een halve maand in Canada zijn we toch over stag gegaan.

Daarna waren onze vier geslaagde vakantiedagen weer voorbij.
Of zoals in Eveline’s woorden: : “Maar ja, het is niet anders.”